In de blogpost van vandaag leert u hoe u goed met graan omgaat: wat is de beste manier om graan op te slaan? Hoe maak je het klaar? Waar moet je nog meer op letten?
Het eerste en wellicht belangrijkste punt is dat uw graan“biologisch” is en, indien mogelijk, uit Oostenrijk (of het desbetreffende land van herkomst) komt. Graan wordt het best bewaard op een luchtige, droge plaats en moet voortdurend in beweging zijn. Droog graan is de belangrijkste voorwaarde om schimmelgroei te voorkomen.
Er zijn geen grenzen aan de bereiding van granen. U kunt het bijvoorbeeld rechtstreeks doen met een
Salzburgse graanmolen
maal het. Afhankelijk van de fijnheidsinstelling krijg je dan fijn meel of bloem. Voor echt fijn gebak of cake kan het vers gemalen meel ook worden gezeefd.
Als u granen wilt gebruiken als bijgerecht, als vulling, in de vorm van broden/beignets enz:
Allereerst moet je het graan wassen. De hele korrels worden vervolgens drie tot tien uur geweekt. Weken is niet nodig voor boekweit, gierst, rijst en polenta, maar het kan natuurlijk wel.
De verdere kooktijd en de benodigde hoeveelheid water variëren naargelang het soort graan. Kook het graan in het algemeen echter nooit op de hoogste stand, maar laat het sudderen. Als je genoeg tijd hebt, kun je de granen na het koken nog een half uur laten weken.
Waarop moet men nog meer letten bij het hanteren van graan?
Zout, verse kruiden en gemalen specerijen worden pas op het einde aan de graanschotel toegevoegd. Daarentegen kunnen kruidenzaden zoals anijs, karwij, venkel of koriander worden meegekookt. En om de in vet oplosbare vitaminen beter uit het graan op te nemen, moeten graangerechten met een beetje olie worden bereid.
Wij wensen u veel succes met de uitvoering van de tips!
P.S. Hier kunt u nog steeds een kijkje nemen op onze graanschuren en meelzeefmachines op >>
Bron
Münzing-Ruef, I. (2000): Cursusboek over gezond eten. De keuken als apotheek van de natuur. München: Wilhelm Heyne Verlag, blz. 306f.